Het belangrijkste verschil tussenlaagspanningslampenen hoogspanningslampen is dat ze verschillende spanningsbereiken gebruiken. Over het algemeen zijn laagspanningsarmaturen armaturen die werken op een laagspanningsgelijkstroomvoedingsbron (meestal 12 volt of 24 volt), terwijl hoogspanningsarmaturen armaturen zijn die werken op 220 volt of 110 volt wisselstroom.
Laagspanningslampen worden vaak gebruikt in binnenverlichting, landschapsverlichting en andere gelegenheden waarbij decoratieve of gedeeltelijke verlichting nodig is, zoals xenonlampen, LED-lampen, halogeenlampen enz. Door de lage spanning is het veilig en betrouwbaar in gebruik. en kan effectief energie besparen. Maar er is voor de conversie ook een extra laagspanningsvoeding (transformator, enz.) nodig, wat de kosten en de complexiteit verhoogt.
Hoogspanningslampen worden over het algemeen gebruikt in macroverlichting, buitenverlichting en andere gelegenheden waarbij een breed scala aan verlichting nodig is, zoals straatverlichting, vierkante verlichting, neonverlichting, enz. Vanwege de hoge spanning kan deze direct op het stopcontact worden aangesloten. voeding voor voeding, wat relatief handig in gebruik is. Maar er zijn tegelijkertijd ook potentiële veiligheidsrisico's, zoals elektrische schokken. Bovendien hebben hoogspanningslampen een relatief korte levensduur en moeten ze vaak worden vervangen.
Daarom is het bij het kiezen van een lamp noodzakelijk om rekening te houden met verschillende factoren, zoals het vereiste lichteffect, de omgeving ter plaatse en veiligheidseisen, en een geschikte laagspannings- of hoogspanningslamp te kiezen.
Posttijd: 09-aug-2023